Arginine-stimulatietest bij volwassenen
Werkwijze
- Contactgegevens van uitvoerenden en verantwoordelijken
- Het wordt aanbevolen dat gebruikers van dit protocol lokale afspraken maken over de uitvoering en verantwoordelijkheden.
- (relatieve) Contra-indicaties
Deze test is niet gevalideerd bij patiënten met ernstige leverinsufficiëntie of nierinsufficiëntie.- Leeftijd < 18 jaar
- Zwangerschap of borstvoeding
- Copeptine ≥ 21,4 pmol/L
- Aanwijzingen voor een acute ziekte, zoals infectie
- Slecht gereguleerde hypertensie: bloeddruk >160/100 mmHg
- Hartfalen NYHA III-IV
- Levercirrose Child-Pugh B-C
- Onbehandelde bijnierschorsinsufficiëntie of hypothyreoïdie
- Overgevoeligheid voor arginine
- Bijwerkingen en mogelijke complicaties
- Blozen
- Dorst
- Hoofdpijn
- Misselijkheid
- Duizelig
- Malaise
- Braken
- Lokale gevoelloosheid en lokale veneuze irritatie
- Extravasatie van arginine kan lokale huidnecrose en flebitis veroorzaken
- Voorbereiding en voorzorgsmaatregelen
- Bij gebruik van desmopressine (ddAVP, vasopressine analoog, Minrin) dient deze 24 uur (ten minste 12 uur) voorafgaand aan de test gestaakt te worden door de hoofdbehandelaar. Medicatie kan na de test hervat worden.
- Patiënt mag vanaf 24.00 uur niet meer eten.
- Patiënt mag tot 2 uren voor aanvang van de test vrij water drinken. Hierna is de patiënt volledig nuchter tot na de laatste bloedafname.
- Patiënt mag ’s ochtends essentiële medicatie innemen.
- Bestel de arginine van tevoren bij de apotheek.
- Uitvoering
- De functietest wordt poliklinisch uitgevoerd.
- Instrueer de patiënt.
- Start de test in de ochtend.
- Laat patiënt plassen voor aanvang van de test.
- Meet het gewicht van de patiënt voor aanvang van de test.
- Meet de bloeddruk voor aanvang van de test, 1 uur na starten van het infuus, en nadien op indicatie.
- Breng 30 minuten voor aanvang van de test een intraveneuze canule in met driewegkraan en flush met NaCl 0,9%.
- Maak ondertussen de infuussystemen klaar.
- Bereken de dosering van het arginine infuus: 0,5 gram arginine/kg lichaamsgewicht, maximale dosering 40 gram per patiënt.
- De argininedosering (0,5 g/kg lichaamsgewicht) moet worden opgelost in NaCl 0,9% met een eindvolume van 500 mL.
- Bewaar de arginine in het donker door middel van aluminiumfolie om de infuuszak tijdens toediening.
- Patiënt houdt bedrust tot aan het einde van de test. Onder toezicht mag de patiënt naar de WC.
- Patiënt wordt gedurende de test geobserveerd op klachten en om stiekem drinken te voorkomen.
- Neem 30 minuten na inbrengen van de intraveneuze canule eerst een voorloperbuis af en gooi deze weg. Neem vervolgens bloed af (t=0) voor bepaling van natrium, osmol, en copeptine. Zie schema 1.
- Na bloedafname flushen met NaCl 0,9%.
- Na bloedafname worden de buizen direct naar het laboratorium gebracht.
- Start na de bloedafname (t=0) direct met een continu infuus: 500 mL van arginine (0,5 g/kg lichaamsgewicht) opgelost in NaCl 0,9% i.v. in 30 minuten.
- Neem bloed af op t=60 minuten. Bij de bloedafname eerst een voorloperbuis afnemen en weggooien, waarna aansluitend de bloedafname voor bepaling van natrium, osmol, en copeptine.
- Na bloedafname worden de buizen direct naar het laboratorium gebracht.
- Verwijder na beëindigen test venflon en plak af.
- Patiënt mag na het beëindigen van de test een maaltijd eten en vrij drinken.
- Hervat de thuismedicatie.
Schema 1: Activiteiten en afnames arginine-stimulatietest
Tijd (min) | -45 | -30 | 0 | 30 | 60 |
Meet het gewicht | X | ||||
Meet de bloeddruk | X | X | |||
Inbrengen infusen | X | ||||
Bloedafname:
natrium |
X | X | |||
Start arginine infusie | X | ||||
Stop arginine infusie | X | ||||
Verwijder infusen | X | ||||
Ontslag | X |
- Bepalingsmethoden laboratorium
Let op! Bepalingsmethoden kunnen per laboratorium verschillen.- Natrium: Ion selectieve electrode
Serum (stolbuis), heparine plasma (Li-heparine buis) - Osmolaliteit: vriespuntmeting of dampspanningmeting
Serum (stolbuis), heparine plasma (Li-heparine buis) - Copeptine: immunometrische fluorescentie methode op Kryptor: serum (stolbuis)
Materiaal is afhankelijk van het laboratorium waar het wordt bepaald.
- Natrium: Ion selectieve electrode
- Referentiewaarden
Let op! Referentiewaarden zijn methode afhankelijk. Overleg met uw endocrinoloog en/of laboratorium specialist klinische chemie voor de afkapgrenzen voor uw laboratorium.- Natrium (serum of plasma): 135 – 145 mM
- Osmolaliteit (serum of plasma): 275 – 300 mOsmol/kg
- Copeptine: zie Interpretatie
- Interpretatie
Let op! Afkapgrenzen en interpretatie zijn methode afhankelijk. Overleg met uw endocrinoloog en/of laboratorium specialist klinische chemie voor de afkapgrenzen voor uw laboratorium en interpretatie van de test. Een nadeel van deze test is, dat zowel misselijkheid als braken non-osmotische stimuli zijn voor copeptine release. Deze bijwerkingen bemoeilijken de interpretatie van het copeptine.- Arginine-gestimuleerde copeptine ≤ 3,0 pmol/l: AVP-deficiëntie, specificiteit 91%, sensitiviteit 60%
- Arginine-gestimuleerde copeptine > 5,2 pmol/L: primaire polydipsie, specificiteit 91%, sensitiviteit 56%
- Arginine-gestimuleerde copeptine 3,1 – 5,2 pmol/L: hypertone zoutinfusie-gestimuleerde copeptine meting aanbevolen.
- Opmerkingen
Gezien de nog geringe ervaring met deze test, is ervoor gekozen om de osmol als bepaling mee te nemen tijdens de test.
Zie ook de bijlage voor het stroomdiagram voor een overzicht.
Literatuur
- Refardt J. et al. Arginine or Hypertonic Saline-Stimulated Copeptin to Diagnose AVP deficiency. NEJM 2023, 389:1877-87.
- Atila C, Refardt J, Christ-Crain M. Arginine vasopressin deficiency: diagnosis, management and the relevance of oxytocin deficiency. Nat Rev Endocrinol. 2024 May 1. doi: 10.1038/s41574-024-00985-x. Epub ahead of print. Erratum in: Nat Rev Endocrinol. 2024 May 8. doi: 10.1038/s41574-024-00998-6. PMID: 38693275.
Ideeën & opmerkingen
Heeft u naar aanleiding van deze informatie ideeën of suggesties dan verzoeken wij u contact op te nemen.